Helmondse Schaakclub

Verslagen van HSC 1

 

22 april 2023: Kempen Combinatie - HSC 1 (door Hugo Faber)
In onze laatste wedstrijd tegen Kempen Combinatie stond er niets meer op het spel: Zuid Limburg 2 was na de achtste ronde al kampioen geworden met gemiddeld meer dan 6 bordpunten per wedstrijd en zo konden wij ontspannen (met liefst zeven chauffeurs) naar Veldhoven rijden.
We waren gestart met een 1 - 0 achterstand, omdat Johan wegens vakantie zijn partij vooruit had gespeeld. Tegen eerstebordspeler Alan van der Heijden kreeg hij een alleszins redelijk houdbaar eindspel op het bord. Hij overzag helaas de insluiting van een toren op de achtste rij.
Niet al teveel tijd na het begin vielen er al enkele remises. Paul was vroeg klaar, mede denk ik, omdat hij gepland had om met eega Ellen door te reizen naar Antwerpen.
Gachatur begon wel goed, maar zijn stelling vervlakte een beetje en remise was dan ook een logisch resultaat.
Pim moest er nog hard voor werken. Hij raakte een pion achter, maar tegenstander Erik van Eijndhoven vond de extra pion op f4 (een dubbelpion) maar met een open g-lijn voor zijn koning, toch blijkbaar niet overtuigend genoeg om voor de winst te gaan.
Hierna zetten we er de spurt in. Gerard had het met zwart weer eens onorthodox opgezet: pionnen op e6 en g6 en paarden op d7 en e7. Overigens had hij wel gerokeerd! Dat leverde hem een wat passieve stelling op waaruit hij zich moest zien te wurmen. Dat deed hij met de pionzetjes b7-b6 en e6-e5 en in die opzet slaagde hij beter dan gedacht. Wit reageerde niet adequaat en na kwaliteitswinst en daarna nog meer materiaal, bleef Gerard netto een toren voor.
Ik won met een witte aanval op de zwarte koningsstelling met diverse offers, waarbij ik tussendoor ontsnapte aan pionverlies (viel met Lg5 de dame op d8 aan, maar overzag dat zwart nu gewoon op d4 een pion kon pakken met zijn paard en nu: Pxd4 Dxg5 of Lxd8 Pxe2+ (op e2 stond mijn dame). Dit zag zwart gelukkig niet en zo liep het toch nog goed af.
Bart kreeg van collega teamcaptain Frans Wolferink een stuk tegen enkele pionnen. Het zou kunnen dat dit noodgedwongen was, want ik dacht dat het stuk niet gegeven hoefde te worden, maar het kan zijn, dat de stelling anders niet speelbaar zou zijn voor zwart. Zoals het nu ging, elimineerde Bart de zwarte compensatie en daarmee is hij topscorer geworden van HSC 1!
Ruben was weer eens als laatste klaar. Hij liet een achtergebleven pion op c6 door wits toren slaan in de veronderstelling dat dit niet kon. De 'weerlegging' Ld7 met aanval op c6 en a4 ging echter niet op, omdat het paard gewoon door de dame op d1 werd gedekt. Nu moest er dus met een pion minder remise worden gemaakt. Dat lukte: er kwam een lopereindspel op het bord, waarin geen profijt kon getrokken van de extra pion.
Zo werd HSC 1 comfortabel tweede achter het ongenaakbare Zuid Limburg 2.

 

Kempen Combinatie (2000) HSC 1 (1996) 3 - 5
Frans Wolferink (2078) Bart Dekker (2147) 0 - 1
Huub Schenning (2032) Ruben Venis (2144) ½ - ½
Paul van Zon (1963) Hugo Faber (1970) 0 - 1
Morris Schobben (1818) Gerard van de Kerkhof (2050) 0 - 1
Peter Rietra (1896) Gachatur Kazarjan (1872) ½ - ½
Erik van Eijndhoven (2019) Pim Blijlevens (1892) ½ - ½
Alan van der Heijden (2291) Johan Wuijts (1970) 1 - 0
Tim van Hellemont (1901) Paul van Asseldonk (1920) ½ - ½

 

1 april 2023: HSC 1 - Eindhoven 2 (door Hugo Faber)
Tot nu toe zijn we lekker bezig, gezien onze drie achtereenvolgende overwinningen. Om koploper Zuid-Limburg 2 op de eindstreep alsnog te achterhalen, zal dat wel niet voldoende zijn, maar we zien wel waar het schip strandt.
Gachatur - op bord 3 - was de eerste, die een punt kon noteren! Hij wist de dame van de tegenstander in te sluiten. Nou is Gachatur de beroerdste niet en wit mocht de dame terugwinnen: wel tegen betaling van een stuk. Hij kreeg er nog wel wat pionnen voor maar dat bleek onvoldoende te zijn.
Zelf kwam ik na een wat aarzelend optreden met wit niet verder dan remise. Ik liet wat onnodig een e6-e5 van zwart toe, waarmee de onontwikkelde zwarte loper de ruimte zou krijgen. Met een slechtere pionnenstructuur en stukken niet optimaal staand, lopers op c4 en d2 en een dame op d3 moest ik ook nog vermijden dat mijn tegenstander twee lopers voor bijvoorbeeld een toren zou kunnen winnen. Snel maar vergeten deze partij.
Johan was met zwart in eerste instantie helemaal niet zo geweldig uit de opening gekomen, maar dat veranderde nadat hij wits pionnencentrum begon aan te tasten. Wit dreigde sowieso een pion kwijt te raken, maar dacht een spaak in zwarts wiel te kunnen steken door een centrumpaard aan te vallen, daarbij totaal overziend, dat het paard centrumpion d4 kon slaan (mogelijk gemaakt door een voorafgaand f6xe5). Dit werd uiteindelijk een dubbel toren tegen toren en loper eindspel voor zwart en weer een punt voor Johan. 6½ uit 8 heeft hij nu.
In mijn looprondje langs de diverse borden ben ik op de een of andere manier dusdanig weinig bij het bord van Pim blijven stilstaan, dat ik geen beeld heb van het verloop van zijn partij. Hij moest op bord 8 tegen een invaller, maar die was blijkbaar toch van een goed niveau, want Pim verloor jammer genoeg.
John was door mij op de zaterdag gevraagd (nou ja: min of meer verzocht) om in te vallen. Paul was namelijk de avond tevoren gevallen en had mij proberen te bereiken om door te geven dat hij niet kon spelen. Tot nu toe heeft John altijd goed ingevallen, maar deze middag ging het mis. In een Koningsindisch speelde wit een zijvariant met Pg1-e2-g3 waarbij h4 en h5 ingelast werden. Daardoor kwam de zwarte stelling enorm onder druk te staan. Uit deze druk kon John zich niet meer bevrijden.
Gerard had een opmerkelijke partij in de zin, dat na 28, 29 zetten er een enorme pionnenharmonica was ontstaan met nog geen stuk of pion geslagen! Gerard besloot toen maar een beetje te gokken en offerde twee stukken voor twee pionnen. Nadat zwart met de loper van b7 naar a8 ging, speelde hij eigenlijk met een stuk minder, wat Gerards offer of offers opeens rechtvaardigde. Via e5-e6 werd een stuk teruggewonnen en via g5-g6-g7 (gevolgd door g7 slaat toren op h8 en weldra mat) werd het punt binnengehaald. Dit was wel een belangrijk punt want eindelijk stonden we weer op voorsprong.
Bart was in een koningsaanval ietwat onnauwkeurig te werk gegaan waardoor hij een kwaliteit moest inleveren. Dat was niet zo heel erg omdat de stelling nog voldoende gesloten was. Dat bleef ook later zo. Bij nadere analyse bleek trouwens, dat wit helemaal niet zo geweldig stond: ondanks een kwaliteit minder was het Bart die de kansen had. Hij trok die naar zich toe door een pion te offeren, daarmee de stelling openend. Het gaf hem ook de gelegenheid om zijn toren naar het midden te manoeuvreren. Daarmee kwam er direct een vervelende matdreiging op het bord, die slecht was te pareren. Wit won nog een stuk en kreeg wat schaakjes, maar de zwarte aanval was sterker: Bart kwam met pionnen op g3 en h3 opzetten en daarmee was het over.
Na zes achtereenvolgende remises moest Ruben het nu toch maar eens gaan doen: winnen. Het dame en toren eindspel met voor hem een pion meer, was de uitgelezen mogelijkheid hiervoor. Toch ging het nog bijna mis, want via een penningsgrapje (Wit: Kg1 Dc5 Tc1 c6 Zwart: Db6 Tf6 met zwart aan zet is nu Txc6 mogelijk en wit kan niet op c6 nemen vanwege de gepende dame) had zwart zijn minuspion terug kunnen winnen. Die zag dat niet en Ruben, die de penningsgrap had gezien, zette zijn koning op het veilige veld h1. Vanaf toen ging het toch wat makkelijker en leidde het tot mat.

 

HSC 1 (1989) Eindhoven 2 (1938) 5½ - 2½
Bart Dekker (2129) Bas Friesen (2011) 1 - 0
Ruben Venis (2151) Hans Bosscher (1949) 1 - 0
Gachatur Kazarjan (1878) Frits Schalij (2050) 1 - 0
Gerard van de Kerkhof (2034) Hans Ouwersloot (1962) 1 - 0
John van Rooij (1853) Hans van den Hurk (1968) 0 - 1
Hugo Faber (1980) Walter Anema (1884) ½ - ½
Johan Wuijts (1986) Nico Schellingerhout (1846) 1 - 0
Pim Blijlevens (1861) Arda Çayönlü (1834) 0 - 1

 

11 maart 2023: Dubbelschaak '97 - HSC 1 (door Hugo Faber)
Op zaterdag 11 maart boekten wij een ruime overwinning op Dubbelschaak, dat ons qua gemiddelde rating toch niet veel ontloopt. Het was een ietwat geflatteerde overwinning, omdat twee Dubbelschakers in de fout gingen, maar al met al terecht.
Paul had vanwege zijn werk zijn partij al op de voorafgaande clubavond bij Dubbelschaak vooruitgespeeld en die partij was in remise geëindigd.
Daarna mocht Bart, vanwege zijn zeer goede resultaten met wit weer eens op bord 1 gezet, ook nu weer een overwinning noteren. Daarmee komt zijn externe score op 6 uit 7!
Gachatur begint al een aardige vaste waarde te worden en hij boekte een overwinning na eerst zijn tegenstander flink onder druk te hebben gezet. In een wat gecompliceerde stelling verloor die een kwaliteit. Inmiddels had Gachatur ook een ver opgerukte c-pion gekregen, dus het punt was daarna snel binnen.
Johan en Gerard mochten niet klagen, tenminste, dat gold vooral voor Gerard, die een stuk had kunnen verliezen. Dat aanbod werd niet aangenomen en zo trok Gerard alsnog aan het langste eind.
Johan had een wat betere , maar toch ook nog onduidelijke stelling. Na een a-pion die aan de wandel ging, dreigde er plotseling kwaliteitswinst. Wit ging hier niet goed mee om, dus ook hier een overwinning. Daarmee is de prijs voor de beste HSC 1'er nog geen uitgemaakte zaak, want Johan volgt Bart met 5½ uit 7 op de hielen!
Zelf kwam ik makkelijk tot gelijkspel en nadat mijn tegenstander wel erg makkelijk een dubbele c-pion toeliet, nadat ik mijn zwarte loper op c3 had afgeruild kon ik daar vreemd genoeg toch niet van profiteren. Met onze zeer gunstige tussenstand, had ik weinig moeite om het remiseaanbod van mijn tegenstander aan te nemen.
De afgelopen drie wedstrijden had ik - niet opzettelijk - Pim drie keer achter elkaar zwart gegegeven. Ik geloof niet, dat wij iemand op de club hebben, die dit uit zichzelf wil. Ik gaf dus mijzelf maar weer zwart om Pim nu eens wit te kunnen geven. Ik werd niet teleurgesteld. Aanvankelijk had zwart een kleine aanval op de koningsvleugel, maar wit nam het roer over en verplaatste de aanval naar de damevleugel waar zich de lang gerokeerde zwarte koning bevond. Dat leidde uiteindelijk tot een zwarte koning op a8 waar alleen nog maar een dame bij in de buurt was en de toren buitenspel stond. De witte dame en toren hadden toen vrij spel.
Ruben tenslotte, was als laatste klaar. Hij kreeg zo'n Franse variant tegenover zich waarbij je de zwarte pion op c5 afleidt met b2-b4, zodat het witte centrum met d4-e5 onaangetast blijft. Ongetwijfeld had hij willen winnen en hij probeerde dat ook wel, maar jammer genoeg zat er er gewoon te weinig in het eindspel.

 

Dubbelschaak '97 (1966) HSC 1 (1994) 1½ - 6½
Brent Burg (2162) Bart Dekker (2134) 0 - 1
Martien van der Meijden (2095) Ruben Venis (2146) ½ - ½
Niels Heijstek (1927) Paul van Asseldonk (1920) ½ - ½
Wil van Lankveld (1908) Gerard van de Kerkhof (2042) 0 - 1
Michel van der Stee (1967) Gachatur Kazarjan (1882) 0 - 1
Rob van Meurs (1951) Johan Wuijts (1980) 0 - 1
Arjan Schuurmans (1851) Pim Blijlevens (1872) 0 - 1
Gilion Berkelmans (1869) Hugo Faber (1974) ½ - ½

 

11 februari 2023: HSC 1 - Gardé (door Hugo Faber)
Net als de vorige wedstrijd hebben we een ruime overwinning weten te boeken. We moesten wel even een tijdje wachten voor de winstpartijen kwamen. We begonnen namelijk met drie remises.
Van mij in iets minder dan 15 zetten, Ruben in ongeveer 20 zetten en ook nog van Johan. Zelf dacht ik nog dat Johan voordeel had, maar een controle met een electrisch rekenmonster toonde aan, dat zijn stelling toch gelijk stond.
Gerard scoorde het eerste punt, in een stelling waarin zwart enkele zwarte pionnen op de vijfde rij had, te weten e5 en h5, leidde Gerard een dame en toren naar de vijfde rij. Eerst verdween de pion op e5 en toen daarna pionverlies op h5 niet tegen te houden viel geloofde zwart het wel.
Alles leek er deze middag op te wijzen dat Pim remise zou gaan spelen. In kort tijdbestek hadden beide heren de helft van hun materiaal geruild en ontstond er een pionneneindspel met ieder een rijtje van drie pionnen op beide vleugels. Pim toonde zich hier bijzonder strijdbaar en wist een verste randpion (h-pion) te verkrijgen. Na een pion in beweging te hebben gezet op de andere vleugel deed wit daar ook een pionzet, waardoor daar de boel verzwakt werd: nu werd wit gebonden aan de h-pion van Pim, terwijl deze nu met de koning naar de damevleugel kon lopen. Een onverwacht punt.
De sterkte van Bart komt met wit dusdanig tot uiting, dat hij per seizoen eigenlijk negen maal wit zou moeten krijgen. Ook nu speelde hij zijn tegenstander de vernieling in en kreeg twee stukken voor een toren. Zwart verergerde zijn problemen door nog een pion weg te blunderen: een pion op c5 werd en passant geslagen, waarna Barts pion op c6 kwam en niet teruggeslagen kon worden op straffe van materiaalverlies. In de open zwarte koningsstelling kon tenslotte de beslissing worden gebracht met een loperoffer op h7 (anders dan het klassieke offer).
De stukken van Gachatur zwermden op enige afstand om de witte koning, zoekend naar een zwakte. Wit wist echter dames te ruilen, waarna er niets meer van de zwarte aanval overbleef en Gachatur met een pion minder het eindspel inging. Hij wist het eindspel te keepen: wit slaagde er niet in om met paard plus twee pionnen tegen loper en pion, de laatste pion van zwart afhandig te maken.
Paul sloot af met een overwinning. Eerst richtte hij zijn pijlen op de vermeende zwakke zwarte pion op d6. Toen dat niet lukte, zette hij maar een pionnenbestorming in gang op de koningsvleugel. In het enkel toreneindspel kon hij tenslotte de koning er bij halen. Een mogelijke vrijpion van zwart werd door Paul opgehaald en tegen de inmiddels verkregen vrijpion van wit viel niets meer te doen.
Inmiddels staan we ongedeeld tweede.

 

HSC 1 (1991) Gardé (1863) 6 - 2
Ruben Venis (2151) Ferry Daamen (1986) ½ - ½
Bart Dekker (2129) Albert Jan Blank (1899) 1 - 0
Hugo Faber (1980) Jan Broekhuis (1799) ½ - ½
Gerard van de Kerkhof (2034) Wessel Veerbeek (1897) 1 - 0
Gachatur Kazarjan (1878) Jimmy Geboers (1888) ½ - ½
Johan Wuijts (1986) Arnoud de Graaf (1817) ½ - ½
Pim Blijlevens (1861) Martijn Cox (1821) 1 - 0
Paul van Asseldonk (1911) Coen Winters (1796) 1 - 0

 

17 december 2022: De Juiste Z - HSC 1 (door Hugo Faber)
Zaterdag 17 december reisden we af naar Reijmerstok, en dat ligt rechts van Maastricht. Dit was dus zeker voor Ruben en mij een flinke rit (zo'n 1 uur en 40 minuten). Gerard ontbrak wegens vakantie, maar met John als invaller moest het ook wel goed komen. Tegenstander De Juiste Zet had tot nu toe alle wedstrijden verloren. Ons tweede had dus ook een invaller, maar ook zij speelden tegen een rode lantaarndrager.
Ruben kwam jammer genoeg niet verder dan remise. Hij had wel het loperpaar, maar dat bleek te weinig om er wat mee kunnen te doen. Misschien had hij ook niet veel puf meer om het echt nog te proberen na zo'n lange rit.
Gachatur was daarna klaar. Hij was agressief ten aanval getrokken door zijn toren op h1 te laten staan en na h7-h6 zijn loper op Lg5 niet weg te halen maar gewoon h2-h4 te doen. Later haalde hij hem toch maar terug. Ik dacht dat hij beter stond en op dat moment gaf zijn tegenstander pardoes een kwaliteit weg. Gachatur kon daarna via de open c-lijn binnenvallen en toen er ook nog een pion op b7 werd verorberd, geloofde zwart het wel.
Daarna volgden punten van Bart (zette een loper op h4 waardoor de witte torens op g3 en e1 onder vuur lagen; de loper kon niet genomen worden op straffe van mat op de onderste lijn), John (ging lange tijd gelijk op, maar opeens had hij een schijnoffer, oftewel het geofferde materiaal zou met rente worden terugverdiend), Johan (moest wel even nauwkeurig spelen, maar ruilde in een materieel voordelige stelling de dames) en tenslotte Paul (hoe hij heeft gewonnen heb ik niet meer gezien).
Met een comfortabele voorsprong konden zowel ik als de tegenstander van Pim doorspelen. Ik kreeg een Aljechin tegen me, die in een Weens veranderde en vervolgens een Vierpaardenspel. Zwarte probeerde op mijn koningsvleugel aan te vallen en ik probeerde dat door het midden. Ik kwam in het voordeel, toen ik de zwarte pion op c6 blokkeerde die voor de loper op b7 stond. Dat werd nog wat verergerd toen die loper naar a8 moest en ik met een toren op a7 kwam.  In het daaropvolgende toren plus loper eindspel kon zwart helemaal niets meer en gaf hij tenslotte zijn toren weg.
Pim had een wat moeilijke partij gehad. Uiteindelijk belandde hij in een enkelvoudig lopereindspel met een pion minder en al zijn pionnen op de kleur van zijn eigen loper. Het was te danken aan de positie van zijn koning, dat wit er niet door kon. Die probeerde het nog wel door zijn loper voor twee pionnen te offeren. Dat hield Pim echter makkelijk remise en zo verloor er deze middag niemand!

 

De Juiste Z (1739) HSC 1 (1961) 1 - 7
René Snoeck (1907) Ruben Venis (2157) ½ - ½
Peter Mergelsberg (1795) Bart Dekker (2126) 0 - 1
Tom Koolen (1726) Gachatur Kazarjan (1822) 0 - 1
Jules Daemen (1650) Johan Wuijts (1961) 0 - 1
Jean Spee (1672) Hugo Faber (1979) 0 - 1
Roy Kluten (1768) Pim Blijlevens (1874) ½ - ½
Frits Werts (1655) John van Rooij (1853) 0 - 1
Wen Hua Zheng (-) Paul van Asseldonk (1917) 0 - 1

 

26 november 2022: HSC 1 - Maastricht (door Hugo Faber)
Zaterdag 26 november speelden we tegen het redelijk goede eerste team van Maastricht. Ondanks een vroege (reglementaire) winst hebben we deze wedstrijd uiteindelijk nog verloren. Dat had niet echt gehoeven.
Door personele problemen was het eerste, maar ook het tweede team van Maastricht met slechts zeven man komen opdagen. Het tweede bord (zwart voor de bezoekers) werd dus uiteraard leeg gelaten. Daarmee had Bart dus geen partij deze middag.
We hadden dus een voorsprong, die ik zelf om zeep hielp door voor Sinterklaas te spelen. Lees en huiver: 1. d4 Pf6 2. Lg5 Pe4 3. Lf4 d5 4. Pd2 Pd6 5. e3 c6 6. Ld3 Lf5?? 7. Lxd6 Lxd3 8. Lxb8. Uiteraard gaf ik niet meteen op, maar uiteindelijk met pion tegen stuk kon ik niet veel meer dan opgeven.
Mijn teamgenoot Gerard, die naast me zat, vertolkte eveneens de rol van de goedheiligman, door het met de dame slaan van een gedekte pion op f7.
Pim had inmiddels een Hollandse variant gespeeld, die hem een achtergebleven pion op e6 opleverde, die gedekt moest worden door de loper op c8. Dat belemmerde ook de verdere ontwikkeling van zijn stukken op de damevleugel. Een logisch gevolg was dat wit terrein won op de koningsvleugel en de partij ook daar beslist werd.
Ruben speelde remise, maar ik begreep niet helemaal wat daar gebeurd was. De laatste stelling, die ik op zijn bord zag, was met zijn zwarte paard op d2, dat de (gedekte) loper op f3 en toren op f1 aanviel en bovendien ook nog eens pion op b3 aanviel. Ik dacht dat dit dus een pionwinst zou opleveren. Maar nee, een remise dus.
Johan had een prettige stelling opgebouwd, waarbij hij zijn paarden op de belangrijke velden c5 en e5 wist te plaatsen. Een remiseaanbod sloeg hij af, ook omdat de overgebleven stellingen op de borden van Paul en Gachatur veelbelovend waren. Tot zijn grote tevredenheid wist hij inderdaad de winst naar zich toe te trekken. Ik moet bij deze dus nog maar eens bevestigen dat Johan een typische 'witspeler' is!
Gachatur had een moeilijke Siciliaanse laveerpartij, waarbij hij niet veel ruimte had. Hij moest een kwaliteit geven, maar kreeg daar nog wel wat voor in de vorm van opgerukte vrijpionnen. Wit zal ook wel ergens gewonnen hebben gestaan, maar hij speelde te voorzichtig en dat gaf Gachatur juist weer mogelijkheden. Met een torenoffer van Gachatur werd het heel spannend: zwart met een dame en loper tegen wit dame en twee torens, maar met een witte koning op het midden van het bord. Misschien dat er een mat mogelijk was, maar Gachatur kreeg het niet gevonden. Hij liet de witte koning ontsnappen via e4-d5-c4 (waarbij een pion werd geslagen) en had daarna geen troef meer.
Paul had een soort Moderne Verdediging tegen zich gekregen, waarbij zwart met een paard op a6 en een loper op d7 een wat dubieus lijkende verdediging voerde. Toch kwam Paul er in eerste instantie niet doorheen. Later lukte dit alsnog en wist Paul een pion te winnen in een toreneindspel. Alleen zette hij zijn vrijpionnen (g en h) veel te laat in beweging, toen zwart naar zijn pionnen liep om zelf met een vrijpion de doortocht te forceren. Het gevolg was een dame-eindspel, waarbij zwart het eerst een dame had. Daarbij was het nog een geluk, dat zwart geen Db3 mat had, omdat wit met de pion op g8 was gepromoveerd. Remise dus.
Jammer, dit verlies was een toch kleine tegenvaller.

 

HSC 1 (1990) Maastricht (2023) 3 - 5
Ruben Venis (2161) Jelmer Veltman (2176) ½ - ½
Bart Dekker (2140) n.o. 1 - 0 R
Hugo Faber (1991) Michal Bodicky (2143) 0 - 1
Gerard van de Kerkhof (2053) Hans Hoornstra (2076) 0 - 1
Pim Blijlevens (1871) Jasper Zilverberg (2026) 0 - 1
Johan Wuijts (1961) Maarten van Laatum (2012) 1 - 0
Gachatur Kazarjan (1818) Aljoscha Körber (1988) 0 - 1
Paul van Asseldonk (1925) Maxim Hollands (1740) ½ - ½

 

5 november 2022: Zuid-Limburg 2 - HSC 1 (door Hugo Faber)
Onze vorige wedstrijd tegen Zuid-Limburg 3 was geen formaliteit, dus kon je er vergif op innemen, dat we het tegen hun tweede heel moeilijk zouden krijgen. Jammer genoeg kwam deze voorspelling volledig uit: we hadden deze middag weinig in te brengen.
Pim speelde dit keer op bord 3. Ik dacht dat hij - na zijn verrassende winst in het zaterdagtoernooi van Mook - een goed gevoel mee zou kunnen nemen naar deze wedstrijd. Dat kwam voor de helft uit, want het werd een correcte remise.
Daarna werd het snel minder: Bart raakte een stuk kwijt zonder verdere compensatie voor zover ik kon zien. Zelf reageerde ik niet adequaat op een wat afwijkende, maar eerder mindere openingsvariant van mijn tegenstander en ook Gachatur kon het met wit niet bolwerken.
Daar kwam nog een nul bij van Paul, die voor de verandering had besloten om niet te rokeren, maar zijn koning op f8 te zetten en met h7-h5 de aanval te openen op de op h1 staande witte koning. Daar kwamen echter weinig aanvalszetten meer bij en zijn tegenstander viel aan en won door het midden.
In de partij van Ruben gebeurde er van alles. Eerst had hij een aanval via de c-lijn tegen de achtergebleven c-pion en met de mogelijkheid om veld c5 te gaan bezetten. Die aanval verdween als sneeuw voor de zon, want zwart kwam met zijn c-pion opzetten en ging ook naar c5 toe. Het laatste wat ik hiervan zag, was dat Ruben bij een ongunstige materiaalverhouding gedwongen was remise door eeuwig schaak te maken. Enige zetten daarvoor leken er betere mogelijkheden (de zwarte koning was toen in groter gevaar) te zijn geweest, zo wees analyse uit. Ik 'verdenk' Ruben er dan ook van, dat hij ergens een kans heeft gemist.
Johan had dinsdag last gehad van Corona en even zag het er naar uit, dat hij niet mee zou kunnen doen, maar hij bleek weer helemaal te zijn hersteld. In zijn partij kreeg hij het even moeilijk, nadat hij iets te snel rokeerde in plaats van de witte pionnenopmars door het centrum tegen te houden. Nu kreeg hij een amper te verdedigen c-pion. Die gaf hij op om daarna zo goed mogelijk tegenspel te geven. Hij werd geholpen door het feit, dat de witte koning redelijk onbeschermd stond. Het bleek voor wit dan ook niet mogelijk om zijn koning uit de schaakjes van Johan te houden en tegelijkertijd zijn pluspion te beschermen. Remise dus.
Tenslotte moest ook Gerard de vlag strijken. Naarmate het eindspel in zicht kwam, werd zijn stelling steeds iets minder. In een ongelijk lopereindspel tenslotte had Gerard zijn pionnen op de 'goede' velden kunnen zetten, alleen wit kon daardoor wel makkelijk naar voren wandelen. Het aantal mogelijke zetten van Gerard was inmiddels geminimaliseerd en wit had met twee tegen een pion ook nog eens een meerderheid op de damevleugel.

 

Zuid-Limburg 2 (2052) HSC 1 (1990) 6½ - 1½
Stefan Spronkmans (2042) Ruben Venis (2161) ½ - ½
Luc Zimmermann (2063) Bart Dekker (2140) 1 - 0
Gino de Mon (1954) Pim Blijlevens (1871) ½ - ½
Rob Caessens (2232) Gerard van de Kerkhof (2053) 1 - 0
Laurin Perkampus (2016) Hugo Faber (1991) 1 - 0
René van Hassel (2072) Paul van Asseldonk (1925) 1 - 0
Henk Temmink (2066) Gachatur Kazarjan (1818) 1 - 0
Marcel Winkels (1973) Johan Wuijts (1961) ½ - ½

 

8 oktober 2022: HSC 1 - Zuid-Limburg 3 (door Hugo Faber)
In onze eerste thuiswedstrijd van het seizoen konden we weer beschikken over onze kopman en dat was wel weer nodig ook. Onze Limburgse bezoekers konden een gemiddelde elo van minstens 100 punten lager dan ons gemiddelde overleggen. Dat zag ik achteraf, maar tijdens de wedstrijd was daar weinig van te merken.
Johan had een redelijk makkelijke middag. Na een standaard damemanoeuvre De1 en Dh4, greep zijn tegenstander lelijk mis, door zijn loper te fianchetteren en de pion op e6 ongedekt te laten. Uiteraard maakte Johan daar gebruik van door Pg5 te spelen met aanval op h7 en e6. Nadat die pion eraf was, waren ook andere pionnen kwetsbaar. Toen die er ook afgingen en kwaliteitswinst zeker was, geloofde zwart het verder wel.
Pim en zijn tegenstander zullen deze dag best wel snode plannen gehad hebben, maar na veel afruil en beiden nog een paard over met veel pionnen, begreep en verwachtte ik inderdaad wel de remise.
Gachatur is gelukkig weer in vorm. Na wat ongelukkige partijen (vorige externe ronde en tegen mij) sloeg hij afgelopen dinsdagavond weer de weg naar boven in met winst op Pim. Nu werd na enige tijd een verwoestende aanval ingezet. Dat moet ik wel concluderen, want het eerste wat ik zag was een witte dame, die met f7-f5 werd verjaagd. Het daaropvolgende moment, dat ik bij zijn bord kwam kijken, lag de witte koningsvleugel open. Een goed begin van de middag dus met twee overwinningen.
Gerard kwam met zijn opponent in een strijd over de c-lijn terecht. Degene die die c-lijn in zou nemen, zou ook goede papieren hebben om de partij naar zich toe te trekken. Een alleenheerschappij over die c-lijn lukte echter geen van beiden en de vrede werd dan ook getekend.
Bart en zijn tegenstander vielen elkaar aan op de koningsvleugel respectievelijk damevleugel. Met het onschuldig lijkende Dd2-d1 greep Bart het initiatief. Met dit zetje dreigde namelijk een dubbel torenoffer over de open h-lijn gevolgd door een dameschaak over die h-lijn waarna een beslissende inval zou volgen. Zwart zag dit wel, maar moest nu dus in de verdediging. Daarop kon Bart de aanval blijven opvoeren en tenslotte werd die de tegenstander te machtig.
Zelf rokeerde ik in een Franse variant onterecht lang. Daarmee liet ik mijn pion op f7 pardoes ongedekt staan. Ik slaagde er echter wel in om na mijn rokade op een zodanige manier te kijken alsof dit een bewuste actie was. Na het niet aannemen van mijn geschenk, kwam ik misschien nog wat beter te staan. Kort nadat Gerard remise had gemaakt, bood mijn tegenstander ook remise aan. Met het oog op de tussenstand en de niet zo gelukkige stellingen van Paul en Ruben ging ik hier op in en zo was de matchwinst veilig gesteld.
Dat was gelukkig ook weer wat relaxter spelen voor Ruben. Paul begon wel goed, maar waar het mis is gegaan? Ik zag dat hij zomaar een kwaliteit verloor (of was dat met een bepaalde bedoeling?). Daarna werd het niet beter en dreigde hij nog meer materiaal te verliezen. Dan maar aan de noodrem trekken, maar die deed het helaas niet. Het werd dus inderdaad een nul, iets wat ik bij mijn eigen remiseaanbod had ingecalculeerd.
Ruben kreeg een 1800-zoveel speler tegenover zich, die het de hele partij goed deed en een pion wist te veroveren. Het daaropvolgende eindspel was een enkelvoudig toreneindspel met vier tegen drie pionnen. Wit heeft toen wel vorderingen gemaakt, maar Ruben toonde aan, dat je nu ook niet zo makkelijk van hem wint en tenslotte bereikte hij de remisehaven.
Eindelijk weer eens een fatsoenlijk begin van het seizoen met twee overwinningen!

 

HSC 1 (1994) Zuid-Limburg 3 (1871) 5 - 3
Ruben Venis (2169) Leon de Vries (1860) ½ - ½
Bart Dekker (2135) Danny Arns (1895) 1 - 0
Hugo Faber (1992) Sander Bachaus (1963) ½ - ½
Gerard van de Kerkhof (2054) Ruud Lemmers (2021) ½ - ½
Paul van Asseldonk (1940) Guus van den Akker (1876) 0 - 1
Johan Wuijts (1958) Ties Dumont (1791) 1 - 0
Gachatur Kazarjan (1831) Luc Cornet (1649) 1 - 0
Pim Blijlevens (1869) Rien Seip (1916) ½ - ½

 

17 september 2022: De Drie Torens - HSC 1 (door Hugo Faber)
Amper een halfuurtje nadat ik een email naar iedereen had gestuurd met data en teamopstelling voor onze eerste wedstrijd tegen De Drie Torens, kreeg ik al een afzegging van Ruben. Gelukkig speelde HSC 2 nog niet, dus het was makkelijk om iemand te laten invallen. John wilde wel weer.
De partijen van Johan en Pim hadden diverse overeenkomsten: er werd met dezelfde kleur gespeeld, dezelfde opening werd gespeeld en de inzet van hun loper op c8 kon problematisch worden. Bij Johan kon dat problematisch worden, omdat hij een vroegtijdig e6-e5 had gespeeld en wit daarop met Lg2xc6 had geantwoord, waarmee zwarts pionnenstructuur werd verminkt (pionnen op a7, c7 en c6). Als wit bijvoorbeeld een paard op c5 had kunnen krijgen, dan had Johan weinig meer kunnen doen met zijn loper. Nu kon hij er nog wel uit en hij wist de partij remise te houden.
Pim stond een hele tijd gelijk en maakte toen een fout (aldus hemzelf). Daarna kon zijn loper (nog wel naar b7 gegaan) geen kant meer op, maar moest die noodgedwongen geofferd worden tegen een pion. Dat leidde dan ook tot verlies.
Gachatur zat deze middag niet lekker in de wedstrijd. Hij moest een vervelende paarduitval op b4, gericht op de op d3 staande witte loper, beantwoorden. Logischerwijs probeerde hij die loper te behouden, maar Lb5 en Da4 zetten geen zoden aan de dijk. Gachatur moest al snel zijn dame offeren voor materiaal om zijn stelling nog enigszins speelbaar te houden. Daar kon hij echter alleen de schade beperken. Een serieuze aanval van zijn kant zat er gewoon niet in en dan is een kwestie voor zwart om rustig verder te spelen (dan gaat het vanzelf wel een keer fout voor wit).
Twee weken terug was de externe partij van Bart Dekker tegen Wilbert Kocken de mooiste partij van de ingezonden partijen bevonden. Nu volgde een nieuwe partij met dezelfde hoofdrolspelers en dezelfde kleuren. Het zou wel heel grappig geweest zijn als deze partij ook weer kandidaat zou zijn voor dit seizoen, maar dat zal waarschijnlijk niet gebeuren. Wilbert liet zijn dame insluiten, pakte er een toren en een stuk voor, maar dat bleek onvoldoende, dus een tweede overwinning voor Bart.
Van de partij van Gerard heb ik eigenlijk niet veel gezien en de keren dat ik keek, kon ik niet goed inschatten wie er nu beter stond. Op een gegeven moment zag ik wel dat wit (noodgedwongen of bewust) een kwaliteit had gegeven om de lastige zwarte loper op d4 uit te schakelen en tegelijk het zwakke punt f2 te blijven dekken. Dat was blijkbaar niet afdoende, want later zag ik toch een 1 op het wedstrijdformulier voor Gerard.
John speelde tegen ons oud-lid Danniël (ingevallen of gepromoveerd, dat was me niet duidelijk) en John had behoorlijke moeite om tot een fatsoenlijke ontwikkeling van stukken te komen en zijn koning bleef maar op e8 staan. Danniël had daar van kunnen profiteren door op b5 een stuk voor twee pionnen te offeren. Met de dame op a4, loper op b5 en een dreigende vork met c5-c6 zou de stelling al volstrekt hopeloos zijn geweest voor John. Wit deed dat echter een zet te laat. Een gepland pionvorkje bleek geen echt vorkje te zijn en zo bleef John een stuk voor. Dat was een wat gelukkig punt.
Zelf dacht ik een goede partij te spelen en een tijd was dat ook wel zo. Op het moment suprême beging ik echter enkele onnauwkeurigheden en ik ontwikkelde onnodig snel af naar een toren en paard eindspel met pion meer.  Uiteindelijk werd het eeuwig paardschaak, nadat ik met de koning naar de h-lijn was gegaan en zwart met zijn toren op de g-lijn stond.
Inmiddels hadden we de vier punten te pakken en stelde de overgebleven stelling van Paul me gerust. In een dame plus toreneindspel met een loper meer kon er weinig meer misgaan. Paul trok de partij dan ook naar zich toe, en zo besloten we de middag met een verdiende dan wel wat gelukkige overwinning van 3 - 5.

 

De Drie Torens (1937) HSC 1 (1953) 3 - 5
Wilbert Kocken (2035) Bart Dekker (2126) 0 - 1
Joost van den Bighelaar (1985) Gerard van de Kerkhof (2044) 0 - 1
Ad Feelders (1975) Hugo Faber (2032) ½ - ½
Huub Leemans (1971) Johan Wuijts (1956) ½ - ½
Arnoud Jansen (1943) Paul van Asseldonk (1927) 0 - 1
Alex Olree (1817) Pim Blijlevens (1848) 1 - 0
Jaap Weel (1884) Gachatur Kazarjan (1843) 1 - 0
Danniël van Boxtel (1886) John van Rooij (1848) 0 - 1

 

 

Ons clublokaal