Verslagen van HSC A
2 april 2019: HSC A - WLC (door Maarten Smit)
De laatste wedstrijd, tegen WLC, zou met 3 - 1 gewonnen moeten worden om degradatie af te wenden. Maar dat is voorwaar geen eenvoudige opdracht, zeker als je bedenkt dat dit team zomaar met gemiddeld 2100+ zou kunnen opdraven. Groot was dan ook onze verbazing dat de Eindhovenaren met twee invallers aantraden op dinsdag 2 april, en even gloorde er hoop...
Maar dat duurde niet lang. Ik had direct na de opening al grote problemen tegen een van die invallers. Roel Copic had zich terdege voorbereid en prikte met een zijvariantje mijn openingsrepertoire volledig lek. Na enkele onnauwkeurige zetten was ik al voor zet 20 genoodzaakt een kwal te geven en het resterende eindspel was kansloos.
Jerzy had even daarvoor verdienstelijk geremiseerd tegen Guus Bollen. Het evenwicht werd nooit echt verbroken en gezien mijn stelling vond Guus het halve punt (waarmee hij zijn team vrijwel zeker veilig zou spelen) wel voldoende.
Johan kreeg niet de door zijn teamleider beoogde tegenstander en moest nu een punt gaan scoren tegen de andere invaller, Henny Wilbrink. Dat lukte niet, ook hier wist de witspeler niets te bereiken en het dame-toreneindspel werd remise na eeuwig schaak.
Ergens op een schaak-app-groep stond, dagen voor de wedstrijd, te lezen: "Van wie tegen Rudy Simons speelt verwacht ik een punt." Eigenlijk was het de bedoeling geweest dat Johan de honneurs zou waarnemen, ik had hem speciaal voor de gelegenheid op bord 4 laten plaatsnemen en Pascal doorgeschoven naar het topbord. Rudy wilde echter heel graag zijn angstgegner vermijden en had zichzelf tevens op het eerste bord gezet. Pascal moest dus zélf zijn app-woorden waar gaan maken. Na een Blackmar-Diemergambiet stond hij met zwart snel een pionnetje voor, hield die voorsprong ook lang vast, maar in de spannende slotfase met wederzijdse tijdnood ging hij tóch maar in op een puntendeling. De wedstrijd ging daarmee met 1½ - 2½ verloren, maar forceren om nog een gelijkspel te behalen waar we tóch niks aan zouden hebben, was ook zinloos geweest. En nu kwam zijn topscorersprijs (met 3 uit 7) tenminste ook niet in gevaar.
Goed (?) nieuws is dat HSC A ondanks degradatie volgend seizoen gewoon in de hoofdklasse speelt: het keurig gepromoveerde HSC B (proficiat mannen!) gaat dan onder een nieuwe naam acteren in deze topklasse vol met grootmeesters, meesters, FIDE-meesters en andere ratingtoppers. Of de kampioenen zélf deze zware verantwoordelijkheid op zich durven nemen, valt echter nog te bezien...
HSC A (1945) | WLC (1972) | 1½ - 2½ |
Pascal Boudewijns (1914) | Rudy Simons (1971) | ½ - ½ |
Jerzy Cebula (1930) | Guus Bollen (2215) | ½ - ½ |
Maarten Smit (1994) | Roel Copic (1856) | 0 - 1 |
Johan Wuijts (1943) | Henny Wilbrink (1844) | ½ - ½ |
22/25 februari 2019: KiNG A - HSC A (door Maarten Smit)
De dubbele datum in de kop van dit verslag doet vermoeden dat er iets speciaals aan de hand was met deze wedstrijd. Dat klopt. De oorspronkelijke speeldatum viel op vrijdag 1 maart en dan wordt er in café Boulevard in Tilburg reeds Carnaval gevierd. Ik kreeg daarom in december al een mailtje van teamleider Jordy Schouten met de vraag of wij genegen waren de wedstrijd een weekje eerder te spelen. Achteloos ging ik akkoord, maar toen ik een week voor de nieuwe speeldatum mijn teamgenoten hiervan op de hoogte stelde, kwam ik er achter voor mijn beurt gesproken te hebben. Het Noteboomtoernooi in Leiden wordt blijkbaar niet meer in het Carnavalsweekend gehouden, maar een week ervoor. Jerzy en Johan zijn vaste deelnemers aan dit weekendtoernooi, hun appartement was al geboekt, en konden dus niet meespelen. Een probleem derhalve. We zitten als club door deelname met vier teams aan de avondcompetitie niet zo ruim in onze reserves en ik besloot dan maar even met Jordy te overleggen wat te doen. Een andere speeldatum vinden bleek nog niet zo gemakkelijk. De eerstvolgende 'vrije' vrijdag voor hun was op 27 maart, en dan zou niet alleen onze wedstrijd, maar ook die van de overige KiNG-teams verzet moeten worden. KiNG is een gezelligheidsvereniging en men wil graag tegelijk spelen, zo werd mij uitgelegd. Oké, begrijpelijk, maar wat dan? Jordy kwam met het idee de wedstrijd dan maar 'op te splitsen' en ik vond dat wel een creatieve oplossing. Pascal en ik zouden gewoon op vrijdag de 22e aanschuiven, terwijl Jerzy en Johan de woensdag ervoor óf erna zouden spelen bij De Stukkenjagers. Zo gezegd zo gedaan, ware het niet dat alle woensdagen afvielen en we uiteindelijk onderdak vonden op maandag de 25e bij De Drie Torens.
Vrijdag de 22e leverde ons een 2 - 0 achterstand op. En dat was niet alleen heel jammer, maar ook totaal onnodig. Ratingtechnisch is een dergelijke achterstand niet eens zo abnormaal, maar we lieten toch wel enige steken vallen. Hoofdschuldige was ikzelf. Ik zag mijn opponent Frans Konings al op zet 10 een stuk offeren op f7 en ik was er eigenlijk meteen al van overtuigd dat dat niet goed was. Ik kon mijn stukken via wat omwegen ontwikkelen en zou nu moeten winnen, zeker nadat Konings in arrenmoede nóg maar een stuk in de aanbieding deed. In deze huizenhoog gewonnen stelling slaagde ik er helaas toch maar weer in een verliespoging te doen. Ik gaf eerst onnodig een stuk terug en liet hem daarna alsnog mijn stelling binnenvallen met zijn dame. Nóg enkele slechte zetten later was de stelling zelfs verloren. Van + 8 naar - 8 in slechts enkele zetten, en 1 - 0 in plaats van 0 - 1...
Pascal had het intussen lastig tegen twee opkomende centrumpionnen. In het ontstane toreneindspel verkreeg Cees IJzermans een gewonnen stelling, speelde het aanvankelijk voortreffelijk, maar begon toen te schutteren. Pascal moest weliswaar zijn toren geven voor de gepromoveerde vrijpion, maar had ineens een remise binnen handbereik. Na h3-h4 zou hij vanwege de slechte positie van de zwarte koning kunnen afdwingen dat ook zwart zijn toren zou moeten geven voor de laatste witte pion, maar hij speelde helaas g3-g4. Nu kon de witte koning worden afgesneden en dat gaf zwart net genoeg tempi om tijdig met zijn koning terug te wandelen. 2 - 0 achter waar ½ - 1½ niet ondenkbaar was geweest...
Maandag de 25e stonden de twee J's derhalve voor een schier onmogelijke taak nog een gelijkspel uit het vuur te slepen. Realistisch was dat uiteraard niet, zeker als gekeken wordt naar het ratingsurplus van de twee KiNG'ers. Johan verloor na een breekzet een pionnetje tegen de sterke Mark Haast en deze speelde vervolgens het paardeneindspel vlekkeloos uit, vertelde Johan me na afloop. Jerzy kreeg een wat mindere variant op het bord tegen Jordy Schouten, die volgens hemzelf echter goed speelbaar is. Er werden stukken geruild, nog meer stukken geruild en nog meer stukken geruild en toen was het remise, alsdus het deskundige commentaar van Johan.
En zo verloren we met 3½ - ½. Onze tegenstanders gaan zich opmaken voor de kampioenswedstrijd tegen HMC en wij hebben ondanks alle gemiste kansen dit seizoen zelfs nog een mogelijkheid degradatie af te wenden. Wel moet er dan 'even' met minimaal 3 - 1 gewonnen worden van WLC. Ik ga de komende dinsdagen mijn database maar weer eens bijwerken...
KiNG A (2190) | HSC A (1945) | 3½ - ½ |
Jordy Schouten (2075) | Jerzy Cebula (1930) | ½ - ½ |
Mark Haast (2360) | Johan Wuijts (1943) | 1 - 0 |
Cees IJzermans (2122) | Pascal Boudewijns (1914) | 1 - 0 |
Frans Konings (2202) | Maarten Smit (1994) | 1 - 0 |
29 januari 2019: HSC A - HMC (door Maarten Smit)
In de uitnodiging die ik naar mijn teamgenoten mailde was het volgende te lezen: "Dinsdag 29 januari spelen we onze tweede thuiswedstrijd in de avondcompetitie. In deze vijfde ronde treffen we het op papier sterkste team in de hoofdklasse. De gemiddelde rating van dit team in alle voorgaande wedstrijden was 2278, een slordige 300 punten meer dan die van ons. Erg veel eer zal er dan normaal gesproken niet te behalen zijn, maar we zijn Helmonders en onze lijfspreuk luidt: "Grawte smoel en ginne skrik!" Ik verwacht dan ook een regelrechte stunt!"
Dit moesten wel haast profetische woorden zijn! Of toch niet helemaal?
"Helemaal niet!" zou wijlen onze oud-voorzitter zeggen. En inderdaad, HMC was gewoon veel te sterk voor ons. Het ratingverschil van gemiddeld 350 punten per bord was te veel van het goede.
Ik mocht het op het tweede bord tegen GM Twan Burg opnemen. Met wit, dat dan weer wel. Maar goed, toen de titelhouder een kwartier verbruikt had, was ik al praktisch door mijn tijd heen én had ik een slechte stelling. Na pionverlies gooide ik de knuppel in het hoenderhok door een stuk te offeren. Onzin, zoals eenvoudig aangetoond werd. Na mijn opgave overhandigde ik hem dan maar een folder van ons aanstaande HSC/De Legibus toernooi met de mededeling dat hij daar wél tegenstanders van formaat zou kunnen bestrijden. We wachten in spanning af of hij de uitdaging aan gaat!
Ook Jerzy ging onderuit, maar hij kon tenminste nog spelen. Zijn tegenstander Siem van Dael had in het middenspel wat ruimteoverwicht en hield na verovering van de f-pion een vrije e-pion over. Onze man stelde daar een vrijpion op a3 tegen over. Onder druk van de tijd verliet hij echter de onderste rij en werd vervolgens vakkundig mat gezet.
In de partij van Pascal leek er niet al te veel aan de hand te zijn. Toch had tegenstander Thomas Mollema enige voordelen in het dubbele toreneindspel met ook nog ieder een loper. Hij beschikte namelijk over een halfopen f-lijn en twee pionnen van Pascal waren zwak. Ook hier minder tijd voor onze witspeler en de pion op f2 ging verloren. Dit was het begin van het einde. Toen de laatste zwarte toren (de overige stukken waren geruild) de tweede rij in beslag nam, vond Pascal het welletjes.
Johan offerde hierna in iets mindere stelling een kwaliteit in een poging er toch nog wat van te maken. Hij kreeg een pionnetje, maar de koning van Nargiz Umudova vond een veilig heenkomen op f3. Een inventief stukoffer van Johan, dat waarschijnlijk niet mocht worden geaccepteerd, bracht Johan een prachtig paard op f4. Maar wit slaagde er helaas in haar inactieve toren in het spel te brengen en kon daarmee haar stelling verdedigen. Na dameruil resteerde een verloren eindspel voor onze man.
Daarmee kwam er een 0 - 4 eindstand op het scorebord. Tja, degradatie dreigt nu wel heel nadrukkelijk. Maar we hebben nog twee wedstrijden om daar wat aan te doen.
HSC A (1948) | HMC (2298) | 0 - 4 |
Jerzy Cebula (1926) | Siem van Dael (2206) | 0 - 1 |
Maarten Smit (1995) | Twan Burg (2521) | 0 - 1 |
Johan Wuijts (1937) | Nargiz Umudova (2244) | 0 - 1 |
Pascal Boudewijns (1935) | Thomas Mollema (2223) | 0 - 1 |
7 december 2018: KiNG B - HSC A (door Maarten Smit)
Op vrijdag 7 december togen we opnieuw naar Tilburg om voor de eerste keer ooit tegen KiNG B te spelen. Twee seizoenen geleden speelden we al ooit uit tegen KiNG, maar toen troffen we hun A-team. Die wedstrijd speelde zich destijds af in het clublokaal van De Stukkenjagers, dus vanavond mochten we dan eindelijk café Boulevard binnenlopen (Johan kende deze locatie al, hij komt hier wel vaker op vrijdagen om te snelschaken). Een leuk gezellig café met een hele mooie (schaak)zaal achter was een prima decor voor een spannende wedstrijd. En dat werd het.
Aan het begin van de avond werd de aanwezigen een kleine Bossche Bol aangeboden om de verjaardag van Bart van den Berg te vieren. Dit was de tegenstander van Pascal en hij werd dan ook van harte gefeliciteerd met zijn verjaardag. Meerdere felicitaties of zelfs cadeaus wenste onze man hem echter niet te geven. Een opmars met de e-pion, al vroeg in het middenspel, leverde Pascal een kwaliteit op en toen er enkele zetten later een vrijwel ondekbare matdreiging op het bord werd getoverd, was het de beurt aan Van den Berg om zijn tegenstander de hand te schudden.
Jerzy mocht op het eerste bord teamleider Bob Jansen bestrijden. Hij had twee jaar geleden, in bovenvermelde wedstrijd, met zwart verloren en had dus nog wat recht te zetten. Dit keer had hij wit, dus wellicht waren er mogelijkheden. "Slaan op b2 is altijd fout" is een bekende schaakwijsheid die Jansen volledig aan zijn laars lapte. Niet alleen sloeg hij met zijn dame op b2, hij nam ook nog de toren op a1 mee. De dame was hierna ingesloten, maar Jansen had zijn hoop gevestigd op de volgende zet:
Dat bevrijdende halfje moest van mij komen, want Johan was inmiddels in een toch wel wat slechter eindspel terecht gekomen, ondanks een pluspion. Mijn opponent Bo de Veth offerde al op de vierde zet een pion voor onduidelijke compensatie. Het vervolg speelde ik, denk ik, wel goed en toen ik een tweede pion kreeg had ik alle vertrouwen in een goede afloop. Toch kreeg De Veth kansen omdat ik mijn koning noodgedwongen in het midden moest houden. Ik bleef twee pionnen voor, maar mijn tegenstander offerde een kwaliteit om verder te kunnen komen. En daar bleef het niet bij, kijk maar even mee: Mijn sympathieke opponent nam haast beschaamd mijn felicitaties in ontvangst, maar eigenlijk heeft hij het gewoon goed gedaan. Hij maakte het mij dermate moeilijk dat ik het smalle pad naar de overwinning niet kon vinden. Te moeilijk voor mij.
Tja, en toen moest Johan het dus weer doen. Ditmaal was de opdracht niet om te winnen, maar om een remise uit het vuur te slepen. Helaas gaf zijn stelling daar geen mogelijkheden meer voor. Zoals gezegd was hij een pion voor gekomen, maar het witte paard was veel sterker dan de zwarte loper. De pion moest worden teruggegeven en daar kwam geforceerd nog een pionnetje bij. Voordeel was dan wel dat het witte paard daarmee ook opgeruimd werd, maar het toreneindspel van drie tegen twee pionnen beloofde nog altijd niet veel. Dit kwam door de inactieve zwarte toren en die was ook niet te activeren op straffe van pionverlies. Een witte pionnendoorbraak was even later snel beslissend.
En daarmee wonnen alle witspelers en kwam er een 2 - 2 eindstand op het scorebord. Jammer dat we voor de tweede keer op rij de overwinning hebben laten liggen.
KiNG B (1907) | HSC A (1948) | 2 - 2 |
Bob Jansen (2206) | Jerzy Cebula (1926) | 0 - 1 |
Youri Gerritse (1840) | Johan Wuijts (1937) | 1 - 0 |
Bart van den Berg (1624) | Pascal Boudewijns (1935) | 0 - 1 |
Bo de Veth (1958) | Maarten Smit (1995) | 1 - 0 |
14 november 2018: De Stukkenjagers B - HSC A (door Maarten Smit)
De uitwedstrijd op 14 november tegen De Stukkenjagers B zou wel eens onze laatste kans kunnen zijn op een overwinning dit seizoen. Want de hoofdklasse in de avondcompetitie is akelig sterk bezet. Het B-team van de grootste club in Tilburg was in ieder geval op papier ongeveer gelijkwaardig aan ons team, dus hing het van de vorm van de dag af of er wat te halen zou zijn vanavond.
In eerste instantie hadden we niet veel te klagen halverwege de wedstrijd. Jerzy en ik stonden goed terwijl de overige twee nauwelijks problemen hadden. Deze situatie was voor Johan reden een vroeg remiseaanbod te plaatsen op bord 1, maar dat werd afgeslagen.
Mijn partij verliep volledig naar wens. Door een foutje van Bas Rosheuvel kon ik diens pionnenstructuur danig verminken en na ruil van alle torens resteerde een gewonnen eindspel van dame en sterke loper tegen dame en zwakke loper. Het uitbuiten van de pionnenmeerderheid op de damevleugel zou mij weldra een overwinning moeten opleveren. Maar ja, ik word een oude man. Een paar slechte zetten later kreeg mijn opponent de gelegenheid om via een stukoffer eeuwig schaak af te dwingen. Ik moest er wel op in gaan, omdat het anders wellicht nóg slechter voor mij zou aflopen. Een treurig einde van een op zich hele goede partij.
En daarmee was onze tegenspoed nog niet voorbij. De partij van Pascal was sinds de opening met snelle dameruil in rustig vaarwater beland en remise leek het enige mogelijke resultaat. Helaas was Pascal in een poging toch nog te winnen wat te gretig en sloeg met zijn toren een vergiftigd pionnetje. Sebastiaan Dijksman had deze truc keurig opgezet en kwam na een schaakje gevolgd door een (door onze man overziene) paardvork een volle toren voor. Ook hier een half punt weggegooid dus.
En het werd nóg erger. Jerzy stond waarschijnlijk wel gewonnen in een eindspel van toren en loper tegen toren en loper, want hij was twee volle pionnen voor gekomen. Helaas liet hij zijn toren insluiten waardoor hij genoodzaakt was een kwaliteit te geven. Het resterende eindspel bood Ruud Feelders geen winstkansen zodat hij remise voorstelde. "Dat doet ie nooit", zei de toekijkende Johan nog tegen mij, daarmee doelend op Jerzy, die inderdaad vaak doorgaat tot het gaatje. Maar hij zag blijkbaar niets meer in zijn stelling en nam het voorstel aan, ongetwijfeld met het gevoel dat er deze partij méér in had gezeten.
In plaats van ½ - 2½ voor, stonden we dus met 2 - 1 achter en dat gaf César Becx de mogelijkheid remise aan te bieden. Nu was het echter Johan die weigerde, uiteraard in opdracht van de teamleider die hem even daarvoor had verteld dat er gewonnen moest worden. In een stelling waarin niets aan de hand was voor beide spelers moest Johan na een hectische tijdnoodfase gaan forceren. Met ieder een kwartier extra tijd moest de uitvluggerfase (zonder increment) de beslissing brengen. Nu is Johan een behoorlijk handige snelschaker en hij slaagde er in de boel flink te compliceren. Becx won een pionnetje, maar gaf Johan kansen op de koningsvleugel. Toen de tijd van de Tilburger onder de minuut kwam, wist ik dat Johan de held van de avond zou worden. Uiteindelijk ging er een zwarte toren van het bord en had onze typische witspeler een zeer belangrijk punt gescoord!
En daarmee redde hij een matchpunt, waar zijn teamgenoten er eerder twee weggaven. Maar we zijn van de nul af. Nu maar kijken of we op meer dan 1 gaan finishen...
De Stukkenjagers B (1945) | HSC A (1948) | 2 - 2 |
César Becx (2060) | Johan Wuijts (1937) | 0 - 1 |
Ruud Feelders (2035) | Jerzy Cebula (1926) | ½ - ½ |
Bas Rosheuvel (1816) | Maarten Smit (1995) | ½ - ½ |
Sebastiaan Dijksman (1867) | Pascal Boudewijns (1935) | 1 - 0 |
23 oktober 2018: HSC A - De Stukkenjagers A (door Maarten Smit)
Na een kleine nederlaag in de eerste ronde was op dinsdag 23 oktober de eerste thuiswedstrijd in de hoofdklasse, en dat was meteen al een zware dobber. Maar goed, dat kan ik waarschijnlijk van elke nog komende wedstrijd gaan schrijven. Want we zijn, als niet gepromoveerd team (HSC A werd vorig seizoen derde in de eerste klasse), tóch in deze klasse terecht gekomen, omdat de spelers van het wél gepromoveerde HSC B daar geen trek in hadden (op Johan na). We zullen dit seizoen dus een underdogpositie hebben in de meeste wedstrijden en de kans is groot dat we op één van de drie degradatieplaatsen terecht gaan komen.
Tegen De Stukkenjagers A uit Tilburg was het devies: probeer de schade beperkt te houden. Want met gemiddeld bijna 250 ratingpunten per bord minder maakten we ons geen illusies over een goed resultaat.
Gedurende de wedstrijd tekende zich een grote nederlaag af. Op elk bord van ons werd een pion verloren en onze opponenten vertrouwden op hun eindspelkennis om de punten binnen te harken. Dat lukte op bord 2 en 3. Johan verloor na de opening een pionnetje en zag tegenstander Tijmen Kampman nóg een pion snoepen. Toen duidelijk werd dat er nóg meer witte pionnen zouden sneuvelen, hield Johan het voor gezien.
Jerzy stond vanaf de opening vrij snel vrij slecht. Hij werd gedwongen tot Kf8 met de toren nog op h8 en dat speelt niet zo prettig. Er werd een pionnetje gewonnen door tegenstander Luuk Baselmans en na afwikkeling werd het eindspel van twee torens, een paard en vijf pionnen tegen twee torens, een loper en vier pionnen soepeltjes uitgeschoven.
Daarmee was de Tilburgse teamwinst reeds een feit, want even daarvoor eindigde de partij van Pascal. Hij had zijn tegenstander met een verminkte damevleugel pionnenstructuur opgezadeld, maar Sjoerd van Roon had het loperpaar als compensatie. Pascal drong met zijn dame de zwarte koningsstelling binnen, maar moest erop bedacht zijn dat zijn dame zou kunnen worden ingesloten. Dit gebeurde niet, de dames werden geruild, maar wel ten koste van een pion. Heel erg was dat niet, want in het ontstane dubbel toreneindspel had onze man voldoende compensatie. Zijn tweede remiseaanbod werd daarom geaccepteerd.
Ik mocht aantreden tegen Herman Grooten en kon de stelling met zwart aardig lang in balans houden. Een onderste lijn grapje kostte me een pion en na ruil van diverse stukken resteerde een toreneindspel met pluspion voor mijn opponent (b, f, g en h tegen f, g en h). Ik zag de bui al hangen en verwachtte dat de Meester dit feilloos zou uitspelen. Maar de tijd begon een factor te worden; mijn zetten kwamen vrijwel à tempo, terwijl de witspeler steeds in de denktank moest om een winstweg te vinden. Uiteindelijk resteerde de b-pion en hoewel mijn koning afgesneden was over de c-lijn, was zijn koning dat ook (over de derde rij, pion al op b4). Hiermee was remise onvermijdelijk.
HSC A (1953) | De Stukkenjagers A (2195) | 1 - 3 |
Maarten Smit (1985) | Herman Grooten (2360) | ½ - ½ |
Johan Wuijts (1983) | Tijmen Kampman (2260) | 0 - 1 |
Jerzy Cebula (1926) | Luuk Baselmans (2101) | 0 - 1 |
Pascal Boudewijns (1919) | Sjoerd van Roon (2059) | ½ - ½ |
28 september 2018: De Pion - HSC A (door Pascal Boudewijns)
Vrijdagavond 28 september speelde HSC A op de eerste speeldag al meteen zijn verste uitwedstrijd van het seizoen tegen Pion A. Vooraf verwachtten we pittige tegenstanders met hoge ratings; dat bleek achteraf wel mee te vallen. Helaas moesten we Maarten missen vanwege zijn werk, maar we hadden in Pim een waardige vervanger.
Pim was als vervangend wedstrijdleider bovendien ook de eerste die klaar was en liet een remise noteren. Er was nog genoeg materiaal op het bord, maar Pim vond dat hij wat minder stond, dus nam hij het remiseaanbod aan.
Vervolgens verloor Johan. Hij kwam toch redelijk tot goed uit de opening, sukkelde zichzelf in slaap en overzag een torenoffer gevolgd door geforceerd mat, 1½ - ½ achter.
Ikzelf tikte de gelijkmaker hierna binnen. Na een soort geweigerde Wolga moest ik mijn zwakke pionnen op e5 en d6 zien te behouden; pion d6 werd geruild en pion e5 werd dan maar met de f-pion gedekt. Hierna moest ik het initiatief aan mijn tegenstander laten, maar na wat consoliderende zetten mocht ik zelf aan aanvallen gaan denken. Mijn tegenstander ruilde zijn loper tegen mijn paard op c6 om zo een zwakke c-pion bij mij te creëren; vervolgens heersten mijn lopers over het bord en nam ik de verzwakte koningsvleugel onder vuur. Dat resulteerde al snel in een gewonnen stelling, 1½ - 1½.
Daarna ging het mis met Jerzy. Hij kwam in het middenspel toch wel aardig te staan met kansen, maar die werden in de kiem gesmoord. Op zoek naar meer werd het uiteindelijk minder en ging hij mat.
Helaas dus een teleurstellend en ietwat onnodige nederlaag. Gelukkig hebben we een sterk B-team zodat we min of meer alvast de garantie hebben, dat we ook volgend jaar 'gewoon' weer hoofdklasse spelen, heh heh!
De Pion (1928) | HSC A (1950) | 2½ - 1½ |
Ngo Hin Cheng (1978) | Jerzy Cebula (1926) | 1 - 0 |
Koen Riemens (1977) | Johan Wuijts (1983) | 1 - 0 |
Carlo Rens (1919) | Pim Blijlevens (1972) | ½ - ½ |
Henk Wennekes (1837) | Pascal Boudewijns (1919) | 0 - 1 |