Verslagen van het NBSB-bekerteam
14 februari 2017: HSC - Oisterwijk (door Danniël van Boxtel)
We zijn in de halve finale van de NBSB-bekercompetitie against all odds uitgeschakeld door Oisterwijk.
Roland neutraliseerde op eenvoudige wijze de openingsopzet van Ralf Weijers, ruilde snel de dames en had de stelling volledig onder controle. Een initiatief van Weijers over de halfopen h-lijn werd bekwaam opgevangen, waarna alle torens van het bord verdwenen en een degelijke remise het terechte resultaat was, ½ - ½.
Gerard liep vooral door slecht time management tegen een nul aan. In een complexe partij hielden hij en Stefan Hess elkaar lang in evenwicht, totdat de tijdnood van onze man een significante rol begon te spelen. Hess brak de stelling open en Gerard vond niet langer de beste zetten. Een kwaliteitsoffer werd niet adequaat beantwoord en uiteindelijk ging er een volle toren verloren, ½ - 1½.
Danniël had al binnen twintig zetten de trekker kunnen overhalen, maar miste in zijn berekeningen een cruciale tussenzet. Hij bleef Roel Romanesco onder druk houden, maar kon de afmaker niet vinden. In het eindspel zag stukwinst via een dameoffer gevolgd door promotie tot dame er aardig uit, maar dit motief gaf Romanesco net voldoende tijd om eeuwig schaak in de stelling te vlechten, 1 - 2.
Er was nog altijd niets aan de hand geweest als Pascal zijn prachtige stelling gewonnen zou hebben. Hij verrekende zich helaas en pleegde een incorrect stukoffer. Ron Steeksma kon een kwaliteit teruggeven en daarbij de dames ruilen. Pascal had een toren en twee pionnen tegen twee stukken, maar geen goed plan. Steeksma creëerde een sterke vrijpion en daarna was het dweilen met de kraan open, 1 - 3.
HSC (1924) | Oisterwijk (1812) | 1 - 3 |
Pascal Boudewijns (1947) | Ron Steeksma (1825) | 0 - 1 |
Gerard van de Kerkhof (2047) | Stefan Hess (1894) | 0 - 1 |
Roland Robinson (1839) | Ralf Weijers (1808) | ½ - ½ |
Danniël van Boxtel (1861) | Roel Romanesco (1721) | ½ - ½ |
10 januari 2017: HSC - Kemppion (door Danniël van Boxtel)
We hebben de halve finale van de NBSB-bekercompetitie bereikt door promotieklasser Kemppion in de kwartfinale met lege handen naar huis te sturen.
Pascal won snel van de gevaarlijke Wim van de Vondevoort, die een nogal ongezonde partijopzet hanteerde. Na een sterke tussenzet van Pascal zat de man met pet, zoals later aan de bar tegen de man zonder jas uit de doeken gedaan kon worden, in grote problemen. De pion op d7 ging verloren en daardoor stortte de zwarte stelling in. Stukwinst bespoedigde het einde van deze ongelijke strijd, 1 - 0.
Roland speelde tegen Ron Rombouts een uitstekende eerste helft. Een dreigend familieschaak bracht de Steenselse teamleider in ernstige problemen. Die gaf een stuk voor een pion, maar vervolgens was zijn stelling rijp voor de sloop. Na rust zag Roland helaas spoken en dientengevolge liet hij na om de trekker over te halen. Rombouts won een belangrijke tweede pion en dwong herhaling van zetten af, 1½ - ½.
Gerard pakte een slappe opening op originele wijze aan en verkreeg licht voordeel. Walter Smits vond een oplossing voor de belangrijkste issues, maar moest de stelling daarbij laten vervlakken. Dat was koren op de molen van onze kopman, die bij deze tussenstand immers aan een halfje voldoende had om ons naar de volgende ronde te loodsen. Niet veel later accepteerde Gerard een remisevoorstel, 2 - 1.
Danniël streed vooral tegen zichzelf. Hij wist geen goed plan te bedenken, maakte enkele slechte keuzes en hielp Ronny van den Boomen in het zadel. Danniël hield remise desondanks steeds binnen handbereik, totdat hij onnodig in zware tijdnood kwam. Tien seconden voor drie zetten tot de tijdcontrole waren in die complexe stelling niet voldoende om de sleutelzet te vinden. Danniël liet zich uiteindelijk mat zetten, 2 - 2.
In het competitiereglement staat dat er bij gelijkspelen slechts in het geval van vier remises loting of een snelschaakbarrage met verwisselde kleur plaatsvindt om de winnaar te bepalen. In onze situatie golden derhalve andere tiebreakregels, waarbij aan de hogere borden meer waarde wordt toegekend dan aan de lagere. Eerst werd de uitslag van bord vier weggestreept, maar dat was een remise. Daarna werd het resultaat van bord drie doorgekrast en daar hadden we verloren. Aldus hadden wij ons geplaatst voor de halve finale.
HSC (1918) | Kemppion (1829) | 2 - 2 |
Gerard van de Kerkhof (2087) | Walter Smits (1885) | ½ - ½ |
Pascal Boudewijns (1925) | Wim van de Vondevoort (1855) | 1 - 0 |
Danniël van Boxtel (1874) | Ronny van den Boomen (1801) | 0 - 1 |
Roland Robinson (1786) | Ron Rombouts (1773) | ½ - ½ |
22 november 2016: Dubbelschaak - HSC (door Danniël van Boxtel)
Danniël kwam tegen theoriebeest Franck Steenbekkers matig uit de opening. Hij investeerde veel tijd, wist zich aan de druk te ontworstelen en bereikte een alleszins speelbare positie. Steenbekkers kon daarna niet verhinderen dat Danniël via een combinatie twee pionnen won, maar had middels urgente dreigingen tegen de witte koning voldoende compensatie. Danniël moest met slechts een dame in de aanval in zetherhaling berusten, ½ - ½.
Roland verkreeg in zijn geliefde variant een vrije b-pion. Na dameruil werd deze in het eindspel met louter lichte stukken een enorme troef. Roland had naar eigen zeggen meerdere winstmogelijkheden, maar speelde een voortzetting die tot verlies van zijn kroonpion leidde. Hans Heijstek kon zijn pluspion vanwege het sterke loperpaar van Roland niet in winst omzetten en stelde even later zelf voor om het punt te delen, 1 - 1.
Gerard vocht met Gilion Berkelmans een loopgravenoorlog uit. Het duel ontbrandde pas in wederzijdse tijdnood. Gerard sloeg een remiseaanbod af, ruilde zijn loper voor een sterk paard en had plotseling een gewonnen dame-eindspel op het bord getoverd. Hij pakte de juiste pion, dwong dameruil af en had op twee fronten een vrijpion. Alle pionnen van Berkelmans waren netjes geblokkeerd, zodat we op dit bord een belangrijk punt mochten bijschrijven, 1 - 2.
Pascal zette zijn partij tegen Wil van Lankveld rustig op. Vervolgens veranderde de materiaalverhouding regelmatig. Pascal veroverde ten koste van een versplinterde koningsstelling een kwaliteit, had na dameruil een toren en twee pionnen voor twee stukken en tenslotte een wederom volle kwaliteit meer. Zijn eindspel was waarschijnlijk gewonnen, maar na de overwinning van Gerard gaf Pascal zijn partij omwille van het teamresultaat spoedig remise, 1½ - 2½.
Dubbelschaak (1923) | HSC (1918) | 1½ - 2½ |
Franck Steenbekkers (2050) | Danniël van Boxtel (1874) | ½ - ½ |
Wil van Lankveld (1925) | Pascal Boudewijns (1925) | ½ - ½ |
Gilion Berkelmans (1878) | Gerard van de Kerkhof (2087) | 0 - 1 |
Hans Heijstek (1839) | Roland Robinson (1786) | ½ - ½ |
11 oktober 2016: HSC - OSV (door Danniël van Boxtel)
Graag had ik hier geschreven dat de toeschouwers zich als bitch slappende tienermeisjes bij een concert van Justin Bieber rondom het bord van Danniël verdrongen om niets van het geweldige spektakel te hoeven missen. Dat zou echter in groot contrast staan met de realiteit. John Klein Douwel bood immers al kort na de opening met een klein plusje op zak remise aan. Oude man Danniël had te weinig inspiratie en fut om dat achter de zwarte stukken gezeten te weigeren. Voor de vorm dacht hij een kwartier over dit voorstel na, maar dat veranderde niets aan de uitkomst, ½ - ½.
Gerard kreeg tegen de sterke Nico Schouten geen voet aan de grond. Na minder dan twintig zetten plaatste hij een wanhoopsoffer, maar Schouten reageerde adequaat. Gerard kreeg twee pionnen voor zijn stuk, maar de witte dreigingen bleven onverminderd sterk. Hij ging reeds op zet 21 in een verloren stelling door zijn vlag, ½ - 1½.
Roland wist al in het vroege middenspel dat hij zijn partij tegen Rik Broekkamp winnend zou gaan afsluiten. Hij kon zijn slechte paard immers tegen de sterke zwarte loper ruilen en hield een loper over die sterker was dan het zwarte paard. Roland kon zijn e-pion plotseling ongehinderd naar het promotieveld laten opstomen en met een stuk minder hield Broekkamp de eer aan zichzelf, 1½ - 1½.
Pascal speelde tegen 'die vis', zoals hij zijn tegenstander vooraf duidde. Hij stond duidelijk minder toen Peter Snoek begon te knoeien. Elementair pionverlies leidde het verlies van een tweede pion in. Beide heren speelden gedurende de tactische verwikkelingen in tijdnood niet steeds de beste zetten, maar Pascal hield een gewonnen eindspel met twee verbonden en vrije pluspionnen over. Het zou te gemakkelijk zijn om te schrijven dat Snoek vervolgens gefileerd werd, dus zal ik dat niet doen. Pascal bracht zijn b-pion naar de overkant en werd na stukwinst bedolven onder de felicitaties, 2½ - 1½.
HSC (1927) | OSV (1946) | 2½ - 1½ |
Gerard van de Kerkhof (2077) | Nico Schouten (2155) | 0 - 1 |
Pascal Boudewijns (1942) | Peter Snoek (1897) | 1 - 0 |
Danniël van Boxtel (1878) | John Klein Douwel (1892) | ½ - ½ |
Roland Robinson (1809) | Rik Broekkamp (1838) | 1 - 0 |